Advies RvA inzake Ontwerplandsbesluit Landsverordening basisverzekering ziektekosten

RvA no. RA/39-12-LB

Ontwerplandsbesluit, houdende algemene maatregelen, ter uitvoering van de artikel 3.1, tweede lid, van de Landsverordening basisverzekering ziektekosten (Landsbesluit verstrekkingen basisverzekering ziektekosten) (zaaknummer 2012/73742)

Advies: Met verwijzing naar uw spoedadviesverzoek d.d. 10 december 2012 om het oordeel van de Raad van Advies inzake bovengenoemd onderwerp en de behandeling hiervan in de vergadering van de Raad van Advies d.d. 21 december 2012, bericht de Raad u als volgt.

Hogerbedoeld adviesverzoek heeft betrekking op zowel het onderhavige ontwerplandsbesluit, houdende algemene maatregelen (het ontwerp), als de navolgende ontwerplandsbesluiten, houdende algemene maatregelen:

- ontwerplandsbesluit, houdende algemene maatregelen, ter uitvoering van artikel 5.2, vierde lid, van de Landsverordening basisverzekering ziektekosten (Landsbesluit registratie verzekerden basisverzekering ziektekosten)(zaaknummer 2012/73742);
- ontwerplandsbesluit, houdende algemene maatregelen, ter uitvoering van de artikelen 3.1, derde lid, 6.2, tweede en derde lid, en 6.8, vijfde lid, van de Landsverordening basisverzekering ziektekosten (Landsbesluit vaststelling premie, premie-inkomensgrenzen, eigen bijdrage en toeslag basisverzekering ziektekosten)(zaaknummer 2012/73742)
.
Bestudering van het ontwerp en de bijbehorende nota van toelichting alsmede de overige bij het
adviesverzoek gevoegde stukken geeft de Raad aanleiding tot het maken van de volgende opmerkingen.
 
I. Algemene opmerkingen
 
1. Advies van de Sociaal-Economische Raad
De Raad stelt vast dat aan het onderhavige onderwerp sociaal-economische overwegingen ten grondslag liggen. In de nota van toelichting wordt het standpunt van de Sociaal-Economische Raad (SER) aangehaald, waarop de regering in de nota van toelichting reageert.
 
Ondanks de aanhaling van SER-standpunten in de nota van toelichting constateert de Raad dat het
onderhavige ontwerp niet ter beoordeling is voorgelegd aan de SER.
De Raad geeft de regering in overweging het advies van de SER over het ontwerp alsnog aan de Raad te zenden, zodra dit beschikbaar is. De Raad behoudt zich het recht voor om een aanvullend advies uit te brengen indien het advies van de SER aspecten bevat die de Raad daartoe aanleiding geven.
 
2. De kwaliteit van het ontwerp
Het ontwerp bevat naar het oordeel van de Raad op inhoudelijk, wetstechnisch en redactioneel gebied diverse onvolkomenheden. De Raad heeft in eerdere adviezen reeds aan de regering verzocht om de te betrachten zorgvuldigheid bij het opstellen van ontwerpen van wettelijke regelingen aan te scherpen.
De Raad vraagt opnieuw aan de regering om aandacht te geven aan de eisen van kwaliteit waaraan een ontwerpregeling moet voldoen.
 
II. Inhoudelijke opmerkingen
 
1. Het ontwerp De Raad heeft op 5 december 2012 een adviesverzoek van de Gouverneur d.d. 6 december 2012 over de ontwerplandsverordening basisverzekering ziektekosten (zaaknummer 072078) ontvangen. Verder in dit advies wordt voornoemde ontwerplandsverordening aangeduid als “Ontwerplandsverordening”.
 
a. De uitwerking van de verstrekkingen in het ontwerp
Uit het tweede lid van artikel 3.1 van de Ontwerplandsverordening volgt dat de aard van de verstrekkingen bedoeld in artikel 3.1, eerste lid van Ontwerplandsverordening, bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, wordt geregeld. In artikel 3.1, eerste lid van de Ontwerplandsverordening wordt een limitatieve opsomming gegeven van de verstrekkingen. Het is de Raad opgevallen dat niet alle verstrekkingen genoemd in voornoemd artikel in het ontwerp zijn verwerkt. De Raad ziet bijvoorbeeld afgezien van het bepaalde in artikel 3.2 van het ontwerp de regeling van de thuiszorg, genoemd in artikel 3.1, eerste lid, onderdeel j van de Ontwerplandsverordening, niet terug in het ontwerp.
De Raad adviseert de regering om met inachtneming van het bovenstaande het ontwerp en de nota van toelichting aan te passen.
 
b. De regeling de tandheelkundige zorg in het ontwerp (artikel 2.2,en paraaf 5)
In het eerste en tweede lid van artikel 2.2 van het ontwerp wordt bepaald wat de tandheelkundige zorg
omvat. Het is de Raad opgevallen dat in het ontwerp een aparte paragraaf is opgenomen voor de
tandheelkundige zorg (paragraaf 5). In de nota van toelichting wordt geen toelichting op artikel 2.2 en/of op paragraaf 5 van het ontwerp gegeven. Het is voor de Raad daarom niet duidelijk om welke reden de regering de keus heeft gemaakt om artikel 2.2 van het ontwerp niet in paragraaf 5 op te nemen.
De Raad vraagt de aandacht van de regering voor het bovenstaande.
 
c. Redelijke waarborgsom (artikel 7.3, eerste lid)
In artikel 7.3, eerste lid wordt bepaald dat het Uitvoeringsorgaan van de verzekerde een redelijke
waarborgsom kan vragen indien een kunst- of hulpmiddel in bruikleen wordt verschaft. Dit artikel is niet voorzien van enige toelichting in de nota van toelichting. De Raad vraagt zich af op welke wijze deze waarborgsom bepaald zal worden en welke redelijkheidscriteria gebruikt zullen worden.
De Raad adviseert de regering het ontwerp en de nota van toelichting met inachtneming van het
bovenstaande aan te passen.
 
d. Leeftijdgrens (artikel 7.11)
In artikel 7.11 van het ontwerp wordt een leeftijdsgrens gesteld van 21 jaar. In bijvoorbeeld artikel 2.2 van het ontwerp wordt de leeftijd van 18 jaar als leeftijdsgrens genoemd. Deze artikelen zijn niet van een uitleg in de nota van toelichting voorzien. Het is voor de Raad niet duidelijk waarom er een discrepantie bestaat in de door de regering in het ontwerp gehanteerde leeftijdsgrenzen.
De Raad adviseert de regering het ontwerp met inachtneming van het bovenstaande aan te passen.
 
2. De nota van toelichting
 
a. Het regelen van overige zorgvormen
In de nota van toelichting bij “Uitbreiding van het basispakket met niet noodzakelijke zorg” (pagina 18) wordt een opsomming gegeven van enkele zorgvormen, welke momenteel beperkt deel uitmaken van de zorg van verzekeringen waarmee de Sociale Verzekeringsbank (SVB) en de Stichting Bureau
Ziektekostenvoorzieningen (BZV) met de uitvoering belast zijn. Volgens de nota van toelichting worden deze zorgvormen, waaronder vaccinatie voor risicogroepen en decubituspreventie in het ontwerp opgenomen als een te verzekeren prestatie. De Raad heeft deze zorgvormen echter niet in het ontwerp terug kunnen vinden. De Raad merkt hierbij op dat deze zorgvormen niet in de nota van toelichting doch in het ontwerp opgenomen dienen te worden. De Raad adviseert de regering om met inachtneming van het bovenstaande het ontwerp en de nota van toelichting aan te passen.
 
b. De Curaçaose Zorgautoriteit en Kòrsou Salú
In het algemeen gedeelte van de nota van toelichting onder “Noodzakelijke zorg”, wordt aangegeven dat het toetsen van de doelmatigheid en rechtmatigheid van de noodzakelijke zorg in handen wordt gelegd van de Curaçaose Zorgautoriteit. De Raad is van mening dat in de nota van toelichting nadere uitleg gegeven dient te worden met betrekking tot deze Curaçaose Zorgautoriteit.
In het algemeen gedeelte van de nota van toelichting onder “Uitbreiding van het basispakket met niet
noodzakelijke zorg” wordt tevens gesproken van voorlichting, fysieke metingen en persoonlijke vragenlijsten zoals aangeboden door Kòrsou Salú. In de nota van toelichting dient naar de mening van de Raad nadere informatie gegeven te worden over Kòrsou Salú.
De Raad adviseert de regering de nota van toelichting aan te passen met inachtneming van het
bovenstaande.
 
c. (Deels) limitatieve lijst en Trechter van Dunning
In het algemeen gedeelte van de nota van toelichting wordt onder “Verstrekkingen in het basispakket”
(pagina 18) gesproken van een limitatieve lijst van farmaceutische zorg en een deels limitatieve lijst van kunst- en hupmiddelenzorg. Het is voor de Raad niet duidelijk wat hiermee bedoeld wordt.
De Raad adviseert de regering om een nadere motivering hieraan in de nota van toelichting te geven.
 
In het hierboven aangegeven gedeelte van de nota van toelichting wordt ook de Trechter van Dunning
genoemd. De Raad is van mening dat dit concept uitgewerkt dient te worden in de nota van toelichting.
De Raad adviseert de regering een toelichting over de Trechter van Dunning te geven.
 
III. Opmerkingen van wetstechnische en redactionele aard
Opmerkingen van wetstechnische en redactionele aard zijn in een bijlage bij dit advies opgenomen en worden geacht hiervan integraal onderdeel uit te maken.
Concluderend geeft de Raad van Advies de regering in overweging conform de in het ontwerplandsbesluit, houdende algemene maatregelen, opgenomen voorstellen te besluiten, nadat met het vorenstaande rekening zal zijn gehouden.
 
 
Willemstad, 7 januari 2013
 
de Ondervoorzitter, de Secretaris,
 
___________________________ _____________________
mevr. mr. drs. B. J. Doran-Scoop mevr. mr. C. M. Raphaëla
 
 
Zowel het ontwerp als de nota van toelichting heeft wetstechnische en redactionele onvolkomenheden. De Raad noemt de volgende voorbeelden.
 
a. Het ontwerp
 
1. Het opschrift
De Raad adviseert de regering het lidwoord “de” vóór het woord “artikel” te schrappen.
 
2. De considerans
In de considerans wordt verwezen naar artikel 4.5, derde lid van de Ontwerplandsverordening. Artikel 4.5 is een niet bestaand artikel.
De Raad adviseert de regering de considerans met inachtneming van het bovenstaande aan te passen.
 
In de considerans dient de zinsnede “krachtens de Landsverordening basisverzekering ziektekosten” als zijnde overbodig te worden geschrapt.
 
3. § 1. Algemene bepalingen
De Raad adviseert de regering om “§ 1. Algemene bepalingen” met vetgedrukte letters te schrijven.
Aangezien in artikel 1.1., onderdeel a, van de ontwerplandsverordening het begrip “Minister” reeds is
omschreven, dient artikel 1.1. onderdeel b, van het ontwerp te worden geschrapt.
 
In artikel 1.1., onderdeel i, dient na de dubbele punt te worden ingevoegd het lidwoord “een”.
 
4. Opschrift van een wetsartikel
Een wetsartikel kan van een opschrift voorzien worden. De Raad is echter van mening dat de regering consistent moet blijven in het gebruik hiervan door onder artikel 1.1 van het ontwerp het woord “Definities” te schrappen of door alle artikelen van het ontwerp van een opschrift te voorzien.
 
5. Artikel 1.2 en 1.3
In de artt. 1.2 en 1.3. verwezen wordt naar “diensten, genoemd in artikel 3.1 van de andsverordening”. In genoemd artikel wordt niet verwezen naar “diensten” (slechts “verstrekkingen”).
 
De Raad adviseert de regering om de verwijzing in artikel 1.2 naar “artikel 8.1 van de landsverordening” te vervangen door “artikel 7.1 van de landsverordening”. De Raad vraagt de regering tevens om dezelfde aanpassing aan te brengen in artikel 11.1, tweede, vierde en vijfde lid en in artikel 12.1 van het ontwerp.
 
De Raad adviseert de regering om in artikel 1.3 de zinsnede “wordt mede bepaald” te vervangen door “mede wordt bepaald”.
 
6. Artikel 3.1, tweede lid
De Raad adviseert de regering om het tweede lid van artikel 3.1 van het ontwerp met een punt te laten eindigen.
 
7. Artikel 3.7, eerste lid, onderdeel b
In artikel 3.7, eerste lid, onderdeel b van het ontwerp dient tussen de woorden “gebruik” en “mechanische”
het woord “van” te worden ingevoegd.
8. Artikel 4.1
In artikel 4.1 van het ontwerp wordt een opsomming gegeven ter zake de paramedische zorg. De Raad adviseert de regering de hierbij gehanteerde nummering van 1 tot en met 5 te vervangen door a tot en met e.
Bij het laatste punt van de hierboven bedoelde opsomming dient het woord “tandarts-specialist” geschrapt te worden.
 
9. Artikel 4.2, eerste lid
In het eerste lid van artikel 4.2 dient achter de zinsnede “in het eerste lid” te worden vervangen door “artikel 4.1, onder a, ” te worden opgenomen.
 
10. Artikel 5.1, eerste lid, onderdeel f
De Raad adviseert de regering om onderdeel f van het eerste lid van artikel 5.1 te laten eindigen met een punt.
 
11. Artikel 6.1, tweede lid, onderdeel c, onder 4°
De Raad adviseert de regering onderdeel c, onder 4° van artikel 6.1, tweede lid, als volgt te doen luiden “het geneesmiddelen betreft die zonder recept verkrijgbaar zijn.”
 
12. Paragraaf 7
De Raad adviseert de regering om, in navolging van artikel 3.1, eerste lid, onderdeel f van de
Ontwerplandsverordening, het opschrift van paragraaf 7 als volgt te laten luiden “Kunst- en
hulpmiddelenzorg”.
 
13. Artikel 7.1
De Raad adviseert de regering om in artikel 7.1 het cijfer “1” die een aanduiding is voor het eerste lid te schrappen omdat dit artikel slechts geen lid bevat. In de aanhef van het artikel dient voorts het woord “bestaande” te worden vervangen door “bestaan”.
 
14. Artikel 7.2, eerste lid en 7.3 eerste lid
In het eerste lid van artikel 7.2 dient het woord “regeling” te worden vervangen door “paragraaf” en dient aan het woord “middel” de woorden “kunst- of hulp” te worden gevoegd.
 
De Raad vraagt de regering om in het eerste lid van artikel 7.3 aan het woord “middel” de woorden “kunst- of hulp” te voegen. Met het oog op de te betrachten consistentie in woordgebruik dient het woord “apparatuur” te worden vervangen.
 
15. Artikelen 7.4 tot en met 7.19
De Raad heeft in de artikelen 7.4 tot en met 7.19 kunnen constateren dat steeds verwezen wordt naar artikel
7.1, eerste lid. Artikel 7.1 van het ontwerp is echter niet onderverdeeld in artikelleden.
De Raad adviseert de regering om het ontwerp aan te passen door in de betreffende artikelen de zinsnede
“eerste lid,” te schrappen.
16. Artikel 7.4, onderdeel a en c
De Raad is van mening dat onderdelen a en c van artikel 7.4 geschrapt kunnen worden daar de daarin
genoemde hulpmiddelen al zijn genoemd in artikel 7.1 , onderdeel a.
17. Artikel 7.8, eerste lid
De Raad adviseert de regering om de nodige aandacht te besteden aan de nummering van de opsomming
van het eerste lid van artikel 7.8.
18. Artikel 7.12
De verwijzing in artikel 7.12 naar artikel 2.6, eerste lid, onderdeel i. dient te worden aangepast omdat
laatstgenoemd artikel niet bestaat.
19. Artikel 7.14, eerste lid, onderdeel c, 7.17, onderdeel a en 7.19
In artikel 7.14, eerste lid, onderdeel c dient “deze regeling” vervangen te worden door “dit landsbesluit”. De
Raad vraagt om ook de artikelen 7.17, onderdeel a en 7.19 in het kader hiervan aan te passen.
20. Artikel 8.1 en 9.1
Paragrafen 8 en 9 bestaan uit elk één (1) artikel. Volgens de Raad kan de nummer van deze artikelen “Artikel
8” respectievelijk “Artikel 9” luiden.
In artikel 8.1, derde lid, onderdeel b dienen tussen het woord “gebruik” en het woord “verloskamer” de
woorden “van een” gevoegd te worden.
In artikel 9.1, eerste lid wordt een aantal van 49 uren genoemd. De Raad vraagt of dit in casu geen 48 uren
dient te zijn.
21. Artikel 10.1
De Raad adviseert de regering om in onderdelen a en b van artikel 10.1 het woord “hij” te vervangen door “de
verzekerde”. Onderdeel b dient volgens de Raad te eindigen met een punt in plaats van een puntkomma.
22. Artikel 10.2, tweede lid
In het tweede lid van artikel 10.2 dient tussen de woorden “uitsluitend vervoer” het woord “uit” te worden
gevoegd. In dit artikellid dient de verwijzing naar artikel 10.1, eerste lid te worden vervangen door “artikel
10.1, onderdeel a”.
23. De inwerkingtredingsdatum
5/6
Aangezien dit landsbesluit tegelijkertijd met de Landsverordening basisverzekering ziektekosten in werking moet treden, adviseert de Raad de regering “ 1 juli 2012” in artikel 12.2 te vervangen door “ 1 januari: 2013”.
24. Ondertekening door de Minister van Financiën
Het aantal ministers dat een landsbesluit, houdende algemene maatregelen dienen te ondertekenen moeten
zoveel mogelijk beperkt te worden. Het is voor de Raad niet duidelijk om welke reden de Minister van
Financiën dit landsbesluit mede dient te ondertekenen.
 
b. De nota van toelichting
 
1. Afkortingen
De Raad constateert dat in de nota van toelichting de afkortingen “SVB”, “BZV” en “mln.” worden gehanteerd.
Bij de eerste vermelding van afkortingen in de nota van toelichting dient te worden uitgeschreven waarvoor de afkortingen staan.
 
2. Verwijzing naar artikelen
In de nota van toelichting wordt naar diverse artikelen van het ontwerp en de Ontwerplandsverordening en onderdelen van de nota van toelichting zelf verwezen. De Raad adviseert de regering om al deze verwijzingen op hun juistheid te controleren.
 
3. Paragraafindeling
De Raad heeft geconstateerd dat paragraaf 1 “Algemeen” verschillende subparagrafen heeft. Ten behoeve van de leesbaarheid adviseert de Raad de regering om deze subparagrafen van een nummer te voorzien, zoals bijvoorbeeld § 1.1, § 1.2 enzovoorts.
 
4. Munteenheid
De Raad adviseert de regering om in de nota van toelichting de juiste munteenheid te hanteren, namelijk “NAf”. Verwezen wordt naar de tweede en derde tekstblokken op de laatste pagina van de nota van toelichting.
 
5. Woordgebruik, formulering en zinsconstructie
De Raad adviseert de regering om in de nota van toelichting de volgende aanpassingen aan te brengen:
a. In het algemeen gedeelte onder “Noodzakelijke zorg” dient:
1. in de tweede alinea het woord “op” te worden vervangen door “aan”;
2. in de vijfde alinea de woorden “verstrekkingen pakket” te worden vervangen door “verstrekkingenpakket”.
b. In het algemeen gedeelte onder “Verstrekkingen in het basispakket” dient in de opsomming van de
verstrekking van de basisverzekering (pagina 17), de tekst bij het eerste punt (bullet) geherformuleerd te worden.
c. In het algemeen gedeelte onder “Verschuivingen van de AVBZ (care) naar de Basisverzekering (care)” dient de tekst bij het eerste punt (bullet) geherformuleerd te worden. 

Lawyer Roeland Zwanikken considers legal action against ABN AMRO Bank

THE HAGUE--Attorney-at-law Roeland Zwanikken at St. Maarten’s BZSE law office is considering legal action against the intention of the Dutch ABN AMRO Bank to close the bank accounts of its clients in the Dutch Caribbean.

Fiscaal onderzoek bij notariskantoren vinden doorgang

In het Antilliaans Dagblad: Fiscaal onderzoek bij notariskantoren
WILLEMSTAD – De fiscale onderzoeken bij de notarissen vonden en vinden, ondanks de beperkingen van Covid-19, weer doorgang en de medewerking aan de kant van notarissen en adviseurs is daarbij ‘over het algemeen goed’.

Juridische miljoenenstrijd tussen BNP Paribas en Italiaanse prinses verhardt

  • Bezit van Italiaanse Crociani-familie op Curaçao mag van rechter worden verkocht
  • De Crociani's ruziën al jaren met BNP Paribas over een claim van $100 mln
  • Curaçaos trustkantoor United Trust heeft 'geen enkele relatie meer' met Camilla Crociani
Een Italiaanse prinses met zakelijke belangen in Nederland heeft het onderspit gedolven bij diverse rechtbanken in een langslepend conflict met zakenbank BNP Paribas.