DEN HAAG — De regeringen van Curaçao, Aruba, St. Maarten en Nederland zullen het waarschijnlijk niet eens worden over de geschillenregeling. Daarom ligt er nu een voorstel van Nederlandse zijde waar nog tot 23 juni op gereageerd kan worden.

 

Minister Ronald Plasterk zei dit vandaag in de Tweede Kamer, in aanwezigheid van de bijzondere gedelegeerde Statenleden.

 

De geschillenregeling kwam aan de orde tijdens het debat over de initiatief-Rijkswet, die de afkondiging van Algemene Maatregelen van Rijksbestuur door de Rijksministerraad moet beperken. SP-Tweede Kamerlid Ronald van Raak vroeg Plasterk zijn mening over het feit dat er twee voorstellen voor een geschillenregeling zijn: één op regeringsniveau en één op parlementair niveau, waarvan de uitgangspunten vorige week tijdens het Interparlementair Koninkrijksoverleg bevestigd werden. AVP-fractieleider Rene Herdé vroeg de minister of hij een akkoord heeft bereikt met de drie Caribische premiers en PDR-Statenlid Andin Bikker vroeg welke procedure er gebruikt wordt voor beide trajecten.

 

Plasterk, formeel als adviseur aanwezig bij het debat, zei dat hij eigenlijk uitsluit dat er nog een voorstel komt, waar de premiers van Curaçao, Aruba en St. Maarten mee in zullen stemmen. Zijn meest recente voorstel zal dus zonder instemming van de andere landen voor advies naar de Raad van State worden gestuurd. Het is nog tot 23 juni mogelijk om te reageren op dit voorstel, dat gepubliceerd is op de overheidswebsite http://www.internetconsultatie.nl/geschillenregeling.

 

Met betrekking tot de procedure zei Plasterk dat de Tweede Kamer zelf mag beslissen hoe beide voorstellen behandeld worden. Volgens hem is het echter het beste als het voorstel van de Nederlandse regering door de Tweede Kamer wordt besproken en alternatieven als amendement worden ingediend. “Mijn advies is om de verschillen om te smeden tot amendementen, zodat de Rijkswet voor Geschillenregeling in een keer behandeld kan worden. De bijzondere gedelegeerden kunnen hun standpunten dan toelichten,” zei Plasterk.

 

Bikker sprak hierop zijn vrees uit dat amendementen weinig kans zullen maken. “De minister dwingt ons op die manier om zijn voorstel tot basis te nemen, terwijl dat helemaal niet voldoet aan onze uitgangspunten,” zei hij. Ook sprak Bikker de vrees uit dat amendementen weinig kans maken en afgewezen worden als suggesties die niets met de grondgedachte te maken hebben. Plasterk zei dat hij die kans erg klein acht omdat elk amendement over de inhoud van de geschillenregeling serieus zal worden genomen. Hij benadrukte bovendien dat hij niemand wil dwingen. De Caribische landen hebben nog steeds de mogelijkheid om hun eigen voorstel naar de Raad van State te sturen voor advies en dan via de Gevolmachtigde Ministers op de agenda van de Rijksministerraad te plaatsen. “Mijn taxatie is echter dat dat traject langer zal duren.”

 

Amigoe