WILLEMSTAD — De inhoudelijke behandeling van de zaak tegen de voetballer van voetbalclub Centro Dominguito, Dennis ‘Payo’ N., voor de moord op Guillermo Borrebach in Saliña op 5 maart van dit jaar, had gisterochtend moeten plaatsvinden.

 

Deze werd echter op verzoek van officier Gert Rip verdaagd tot oktober, nadat twee getuigen meineed zouden hebben gepleegd. Hij gaf opdracht om hen op te sluiten, terwijl onderzocht wordt hoe hun verklaringen tot stand zijn gekomen.

 

De behandeling van de zaak werd afgelopen juni aangehouden, omdat de verdachte door een ‘fout’ opnieuw opgeroepen moest worden om voor de rechter te verschijnen. De dagvaarding werd op verzoek van zijn advocaat Marije Vaders door de rechter vernietigd. Haar verzoek om de man vrij te laten in afwachting van de behandeling werd wel afgewezen.

 

Het OM dagvaardde N. opnieuw en hij verscheen gisterochtend voor de rechter, net als S. Calvenhoven (19), R. Esclodina (19) en A. Jansen (27), die door Rip als getuigen werden opgeroepen.

 

De getuigen verklaarden onder ede dat N. zowel voor, tijdens als na de bewuste fatale schietpartij in een auto zat die vlakbij geparkeerd stond. Rip gelooft dit niet, rekening houdend met de andere getuigenverklaringen waaruit blijkt dat N. de schutter was bij de moord op Borrebach. Rip besloot dus om Calvenhoven en Esclodina aan te houden voor meineed. Jansen werd niet aangehouden, omdat hij per abuis in de zittingszaal zat terwijl de getuige Calvenhoven gehoord werd, wat in strijd is met de wet. De man kon dus alles horen wat Calvenhoven verklaarde, voordat hij onder ede werd gehoord.

 

 

NLS-bedreiging

 

Tevens verzocht Rip de rechter om de zaak aan te houden zodat hij kan onderzoeken hoe de verklaringen tot stand zijn gekomen. Hij vermoedt dat de getuigen door de jongens van de groepering No Limit Soldiers (NLS) bedreigd zijn om ontlastende verklaringen af te leggen. N. is namelijk ook lid van NLS, aldus Rip. Hij haalde daarbij een NLS-tatoeage aan die N. op zijn rug heeft en een getuigenverklaring van ene K.

 

N. ontkent zelf betrokken te zijn geweest bij deze zaak en benadrukte tegenover de rechter dat hij inmiddels zes maanden onschuldig vastzit.

 

Raadsvrouw Vaders pleitte voor voortzetting van de behandeling, maar de rechter wees het verzoek van Rip toe om de zaak aan te houden tot 24 oktober.

 

(Amigoe)